Het tergend of roekeloos geding in administratieve procedures
Deze bijdrage behandelt de problematiek aangaande de toepassing van art. 37 RvS-wet. Dit artikel staat in voor de bestraffing van het kennelijk onrechtmatig beroep voor de Raad van State. De totstandkoming van art. 37 RvS-wet is gefundeerd op oud art. 1072bis Ger.W. dat de mogelijkheid voorzag voor de rechter om een geldboete op te leggen wegens tergend of roekeloos hoger beroep. Deze laatste bepaling is thans vervangen door art. 780bis Ger.W. dat het toepassingsgebied van de boete wegens tergend of roekeloos geding verruimt. De wijze waarop de drie voornoemde artikelen worden toegepast, behoort tot de kern van dit onderzoek.
Vooreerst wordt ingegaan op het begrip “procesrechtsmisbruik”. Waarop is deze term gebaseerd en welke gedragingen worden als procesrechtsmisbruik beschouwd? De verschillende rechtscolleges hanteren doorgaans een omschrijving van dit begrip om aan te geven in welke situaties de geldende wetsartikelen procesrechtsmisbruik kunnen sanctioneren. Aansluitend wordt, a.d.h.v. enkele vonnissen en arresten, een beeld gegeven van wat onder tergend of roekeloos en kennelijk onrechtmatig verstaan dient te worden. De drie voornoemde artikelen beschouwen nagenoeg dezelfde situaties als misbruik van procesrecht, ook al bestaan er, gelet op de specifieke procedures voor de verschillende rechtscolleges, enkele verschillen.
Bij de bespreking van art. 1072bis Ger.W., art. 37 RvS-wet en art. 780bis Ger.W. wordt, na een inleiding over de totstandkoming van het desbetreffende artikel, voornamelijk aandacht besteed aan het toepassingsgebied, de toepassingsvoorwaarden, de te volgen procedure en de mogelijke sancties. Ondanks de omstandigheid dat art. 37 RvS-wet gebaseerd is op art. 1072bis Ger.W., moet erop gewezen worden dat deze bepalingen volledig onafhankelijk zijn. Voor de juridische vraagstukken betreffende de toepassing van deze bepalingen waarvoor de wetgever geen eenduidige oplossingen geboden heeft, moet dan ook hoofdzakelijk beroep gedaan worden op rechtspraak en rechtsleer. Er kan nog worden opgemerkt dat de wetteksten, meestal op aanwijzing van de afdeling wetgeving van de Raad van State, veel aandacht besteden aan het recht op verdediging. De extra werklast die hierdoor veroorzaakt wordt, doet de vraag rijzen naar de effectiviteit en efficiëntie van deze bepalingen die gericht zijn op de versnelling van het proces en de afname van de gerechtelijke achterstand.
Tevens wordt de roekeloze en tergende eis kort besproken om te wijzen op het verschil met het tergend of roekeloos geding en het kennelijk onrechtmatig beroep. De kwestie aangaande de roekeloze en tergende eis betreft voornamelijk de veroordeling tot de kosten van het geding in het socialezekerheidsrecht.
Twee administratieve rechtscolleges, nl. de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen en de Raad voor Vergunningsbetwistingen, hebben evenzeer een bepaling opgenomen ter bestraffing van het kennelijk onrechtmatig beroep. Deze artikelen vormen nagenoeg een kopie van art. 37 RvS-wet.
Tenslotte wordt melding gemaakt van de mogelijkheid om een schadevergoeding te vorderen wegens procesrechtsmisbruik voor de administratieve overheden. Dergelijke vordering moet worden ingesteld voor de burgerlijke rechtbanken.
+++
Abonnementspromotie
Bij intekening op Cahiers Antwerpen Brussel Gent (doctrinereeks CABG), geniet u een korting van 15% op alle nog te verschijnen werken in deze reeks CABG. Ook kunt u de reeds verschenen werken (naar keuze) eveneens met 15% korting bestellen. Voor meer informatie, contacteer herman.verleyen@larciergroup.com
Elektronische versie beschikbaar op :
- Strada lex België
Heeft u een abonnement? Activeer kosteloos de digitale versie dankzij de code in het boek.
Producttype | Boek |
---|---|
Formaat | Paperback |
EAN / ISSN | 9782804477141 |
Reeksnaam | Cahiers Antwerpen Brussel Gent (CABG) |
Gewicht | 196 g |
Beschikbaarheid | In voorraad |
Aantal pagina's | 102 blz. |
Toegang tot oefeningen | Nee |
Uitgever | Larcier |
Taal | Nederlands |
Publicatiedatum | 25 nov. 2014 |
Beschikbaar op Strada Belgique | Ja |
Beschikbaar op Strada Europe | Nee |
Beschikbaar op Strada Luxembourg | Nee |
Inhoudstafel:
Samenvatting
Woord vooraf
Hoofdstuk I. Inleiding
Hoofdstuk II. Probleemstelling
Hoofdstuk III. Procesrechtsmisbruik
Afdeling 1. Kennelijk onrechtmatig beroep en procesrechtsmisbruik
Afdeling 2. Procesrechtsmisbruik en rechtsmisbruik
Afdeling 3. Conclusie
Hoofdstuk IV. Definiëring
Afdeling 1. Categorieën
Afdeling 2. De ‘gewone’ onontvankelijke of ongegronde vordering
Hoofdstuk V. De verschillende varianten
Afdeling 1. Tergend of roekeloos hoger beroep ex artikel 1072bis Ger.W.
Afdeling 2. Kennelijk onrechtmatig beroep voor de Raad van State
Afdeling 3. Tergend of roekeloos geding ex artikel 780bis Ger.W.
Afdeling 4. Roekeloze en tergende eis
Hoofdstuk VI. Het kennelijk onrechtmatig beroep voor andere
administratieve rechtscolleges
Afdeling 1. Raad voor Vreemdelingenbetwistingen
Afdeling 2. Raad voor Vergunningsbetwistingen
Hoofdstuk VII. Procesrechtsmisbruik voor administratieve overheden.
Hoofdstuk VIII. Conclusie
Bibliografie
Wetgeving
Rechtspraak
Rechtsleer