Interview |
TBO Interview met Sarah Schoenmaekers
Sarah Schoenmaekers is lid van de deelredacties Overheidsopdrachten en Verbintenissen en Bijzondere Overeenkomsten. Sarah is sinds november 2020 Hoogleraar Europees recht, meer in het bijzonder de cultureel gecorrigeerde markteconomie, aan de Open Universiteit. Daarnaast is zij Universitair hoofddocent Europees recht en Opleidingsdirecteur masteropleidingen aan de Universiteit Maastricht, gastprofessor bij de Universiteit Hasselt en advocaat bij OMNIUS- advocaten te Genk.
TBO bestaat dit jaar 20 jaar. Waar was u en wat deed u 20 jaar geleden?
In 2001 ben ik mijn rechtenstudie begonnen in Maastricht. 20 jaar geleden was ik dus enthousiast aan het studeren.
Hoe leerde u TBO kennen en hoe kwam u in de redactie terecht?
Na mijn doctoraatsverdediging in 2010 heb ik mijn eerste artikel gepubliceerd in TBO, met als titel ‘De architect in België en Nederland: Grensoverschrijdende mogelijkheden en de daarbij horende moeilijkheden’. TBO zal hierdoor dus altijd een speciaal plekje in mijn hart hebben. In 2011 heb ik een aanvraag ingediend bij de Europese Commissie om een subsidie te krijgen voor het opzetten van een Europese Module ‘State Aid and Public Procurement in the European Union’. Doordat deze aanvraag werd toegekend, kon ik aan de universiteit een vak ontwikkelen waarin de link tussen het overheidsopdrachtenrecht en het recht inzake staatssteun centraal stond. Hierna volgde een conferentie en een boek over dit onderwerp. In 2013 heb ik mijn eerste artikel op het gebied van het overheidsopdrachten-recht aangeboden bij TBO en niet lang daarna werd ik gevraagd om deel uit te maken van de redactie. In ongeveer dezelfde periode heb ik met Prof. dr. Kristof Uytterhoeven, lid van de hoofdredactie van TBO, een boek uitgegeven met als titel ‘De Architect – Beroepsuitoefening en deontologie’ en een hoofdstuk geschreven voor het Handboek Bouwrecht (beide ook uitgegeven bij Intersentia). Zo raak je steeds nauwer betrokken bij het vakgebied.
Is er een specifieke bijdrage (artikel of noot) die extra uw aandacht trok in de voorbije jaren?
De grote meerwaarde van TBO is de enorme uitgestrektheid van de bijdragen, waardoor de lezer zich steeds meer realiseert ‘wat er allemaal op de markt gebeurt’. Nummers kunnen artikelen bevatten over co-working spaces, blockchain, aansprakelijheidsverzekeringen enz. Geregeld zijn er ook themanummers.
Bijdragen over overheidsopdrachten, Europees recht of de tienjarige aansprakelijkheid van bepaalde bouwactoren interesseren mij het meest, gelet op mijn professionele achtergrond. Zeer verhelderend vond ik het artikel van M. Thielen, S. Busscher en M. Schoups over ‘Voorlopige en definitieve oplevering, inontvangstneming en aanvaarding: what’s in a name?’ in TBO 2020 nummer 3. Deze termen worden immers vaak door elkaar en in één adem gebruikt. Ook de noot van Constant De Koninck in TBO nr. 3 van 2021 betreffende de contractuele uitsluiting in een architectenovereenkomst van de in solidum aansprakelijkheid met de aannemer vond ik erg interessant.
U maakt deel uit van de deelredactie Overheidsopdrachten en de deelredactie Verbintenissen en Bijzondere Overeenkomsten; welke concrete actuele evoluties verdienen volgens u extra aandacht in de komende jaargangen?
Wat betreft het overheidsopdrachtenrecht staat er veel te gebeuren op het gebied van duurzaamheid, vooral in het kader van innovatieve, milieuvriendelijke en sociale aanbestedingen. Regels uit andere rechtsgebieden (zoals het milieurecht en het sociaal recht) zijn steeds meer van belang bij overheidsopdrachten en dienen correct gekend en toegepast te worden door aanbestedende diensten en juristen. Dat is geen simpele uitdaging maar wel een hele interessante en eentje die zich laat voelen in alle fasen van de overheidsopdracht, zowel voor als na de contractsluiting.
Over het boek
Tijdschrift voor Bouwrecht en Onroerend Goed (TBO)
TBO is hét basistijdschrift voor iedereen die professioneel met het 'bouwgebeuren' in aanraking komt. Dit "bouwgebeuren" wordt multidisciplinair benaderd: de focus richt zich zowel op het gebouw als op de grond, op de interactie tussen beide en op de activiteit van het bouwen.
De jaargang loopt van 1 januari tot en met 31 december en telt zes nummers.Indien u intekent in de loop van de jaargang, dan krijgt u alle verschenen papieren nummers (bij een print(+ online) abonnement) automatisch toegestuurd.